Hoofdstuk 1: Hoofdlijnen

1.4 Financieel Resultaat 2020

De financiële kengetallen geven in combinatie met elkaar inzicht in de financiële weerbaarheid en flexibiliteit van
de begroting. In de jaarstukken presenteren we de uitkomsten hiervan op basis van de jaarrekening 2020. In de door Provinciale Staten in december 2020 vastgestelde, geactualiseerde financiële verordening is het overzicht opgenomen van de kengetallen die we hanteren om de financiële stabiliteit van de provincie te beoordelen. Bij de signaalwaarden hebben we aansluiting gezocht bij het gemeenschappelijke financiële toezichtkader dat alle provincies hanteren bij hun toezichthoudende rol op gemeenten. Die signaalwaarden zijn als volgt:

De tabel met ingevulde kengetallen van de provincie Utrecht is gebaseerd op de cijfers vanuit de jaarrekening 2020. De standen in de kolom ‘Bijgestelde begroting 2020’ betreffen de door Provinciale Staten vastgestelde begrotingswijzigingen tot en met de Slotwijziging 2020. Een beschrijving per kengetal is opgenomen in de Paragraaf 3.2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing.

Analyse
Analyse van de kengetallen op basis van de jaarrekening 2020 geeft aan dat de provincie Utrecht voldoende weerbaar en flexibel is om eventuele (on)verwachte uitgavenstijgingen te dekken. Alle kengetallen hebben de status ‘gezond’.

Het gezonde kengetal structurele exploitatieruimte (A) zorgt ervoor dat de provincie Utrecht weerbaar en flexibel is voor eventuele extra onverwachte uitgaven. De provincie beschikt over voldoende weerstandsvermogen (F) om de geïnventariseerde risico's financieel af te dekken. Er is genoeg onbenutte ruimte tussen het tarief opcenten van de provincie Utrecht en het wettelijk maximum waardoor de provincie weerbaar en flexibel blijft (C2).

De solvabiliteitsratio (B) geeft inzicht in de mate waarin de provincie in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Deze ratio is zelfs gestegen ten opzichte van de bijgestelde begroting. Dit wordt voornamelijk verklaard uit het feit dat er circa € 58 mln. minder is onttrokken aan de bestemmingsreserves dan in de bijgestelde begroting was voorzien. Het kengetal schuldquote (gecorrigeerd voor verstrekte geldleningen) (E2) is gedaald ten opzichte van de bijgestelde begroting. Deze ratio geeft aan wat het niveau van de schuldenlast is van de provincie ten opzichte van de eigen middelen. Als gevolg van lagere uitgaven op zowel exploitatiebudgetten als investeringsprojecten was het in 2020 niet nodig om langlopende leningen aan te trekken. Het saldo van de provincie Utrecht bij de Schatkist van het Rijk bleef daardoor per eind 2020 positief.

Schuldpositie / liquiditeit
De netto schuldquote geeft de mate aan waarin een organisatie in staat is om de schulden terug te betalen. De
hoogte van de schuld die de provincie kan dragen, hangt af van de hoogte van de inkomsten. De netto
schuldquote wordt grofweg berekend door onze leningen minus ons geld op de bank (dit noemen we netto
schuld), te delen door de jaarlijkse inkomsten.

Op basis van de bijgestelde begroting 2020 hadden wij ingeschat dat we onvoldoende eigen liquide middelen zouden hebben om aan al onze financiële verplichtingen te voldoen. We hadden ingeschat dat we circa € 120 mln. aan externe leningen nodig zouden hebben. Bij vaststelling van de jaarcijfers 2020 blijkt echter dat we juist een positief saldo aan liquide middelen hebben van circa € 98 mln. Dat betekent dat er in 2020 circa € 220 mln. minder liquide middelen zijn uitgegeven dan we vooraf hadden ingeschat. Hiervoor zijn een drietal verklaringen te geven:

  • In de programma’s en het overzicht Bedrijfsvoering (Overhead) zijn minder uitgaven gedaan als gevolg van subsidies die pas in 2021 worden beschikt, vertraging in diverse programma’s, projecten en de uitvoering van onderhoud aan (vaar)wegen;
  • In de investeringsprojecten zijn minder uitgaven gedaan als gevolg van vertraging door Covid-19, langere doorlooptijden in de realisatie van infrastructuur en door latere vaststelling van ontwerpuitgangspunten en bestemmingsplanwijzigingen;
  • Op de balans is de post ‘overlopende passiva’ toegenomen, terwijl we gerekend hadden op een afname. Onder de overlopende passiva verstaan we nog te betalen subsidieverplichtingen, het nog door te storten restant van de ontvangen Rijksvergoeding voor de gevolgen van Covid-19 aan onze concessiehouders, en diverse vooruit ontvangen specifieke uitkeringen van het Rijk waarvan de bestedingen vanaf 2021 gaan plaatsvinden.  

In onderstaande grafiek is in beeld gebracht hoe de uitstroom is geweest van het saldo aan liquide middelen. In de achterliggende jaren ging dit gemiddeld om € 100 mln. per jaar. Deze uitstroom van middelen is verklaarbaar vanuit de omvangrijke investeringsprojecten in het openbaar vervoer, N-wegen en vaarwegen.

Ontwikkeling van het eigen vermogen
Het eigen vermogen bestaat uit de algemene reserves, de bestemmingsreserves en het nog te bestemmen rekeningresultaat. In onderstaande grafiek is het verloop van het eigen vermogen sinds 2017 weergegeven. De totale omvang van het eigen vermogen bevindt zich sinds 2018 op eenzelfde niveau, waarbij wel een afname zichtbaar is van bestemmingsreserves en een toename van de algemene reserves. Dit wordt verklaard vanuit de verscherpte discipline om bestemmingsreserves jaarlijks te beoordelen op hun omvang en voorgenomen plannen. Indien er geen zicht is op besteding of planvorming voor besteding wordt voorgesteld om de bestemmingsreserve (deels) te laten vrijvallen ten gunste van de algemene (saldi) reserve. Daarnaast zijn de voordelige rekeningresultaten toegevoegd aan de saldi reserve. Per eind 2020 is de totale omvang van het eigen vermogen € 547 mln.

Binnen de provincie Utrecht kennen we naast de reserves om risico’s op te vangen (bufferfunctie) diverse bestemmingsreserves. Binnen deze bestemmingsreserves maken we onderscheid naar reserves die dienen om pieken en dalen in de exploitatie op te vangen (egaliseren), reserves die dienen om de kapitaallasten te dekken van investeringen (kapitaallasten) en reserves die dienen om in de toekomst een bepaalde prestatie te realiseren (sparen). In onderstaand overzicht is de verhouding zichtbaar tussen de verschillende functies op basis van de jaarrekeningcijfers 2019 en 2020.

De afname van de bestemmingsreserves met de functie ‘egalisatie’ is beperkt gebleven in 2020. Dit heeft een tweetal oorzaken: op basis van de bestemmingsvoorstellen bij vaststelling van de jaarrekeningen 2018/2019 zijn diverse bedragen toegevoegd aan de bestemmingsreserves voor toekomstige bestedingen. Daarnaast geldt dat de onttrekkingen in 2020 lager zijn dan begroot omdat de daarbij behorende kosten niet zijn gerealiseerd. Die onderbesteding is in de voorgaande paragraaf 1.4.1. toegelicht bij de verklaring van het rekeningresultaat 2020.

Conclusie
De in het afgelopen jaar opgedane inzichten zullen wij in de planning- en control cyclus van 2021 als leerpunten meenemen. Wij denken hierbij concreet aan de volgende thema’s:

  • Scherper en realistisch begroten, in zowel de exploitatie (programma’s en het overzicht overhead) als de investeringsprojecten. Er is kennelijk nog steeds sprake van groot planningsoptimisme. Hoewel ambitie wordt gewaardeerd, nemen we ons wel voor meer intern te challengen op de realiteit van planningen;
  • Consistent toepassen van de financiële kaders met betrekking tot de nut, noodzaak en omvang van de aanwezige bestemmingsreserves;
  • Blijvende aandacht voor toegankelijke en leesbare producten die Provinciale Staten in staat stellen om de kaderstellende en controlerende rol naar tevredenheid invulling te geven.

De verschillende producten in de cyclus van 2021, waaronder de Voorjaarsrapportage en de Zomernota, bieden de mogelijkheid om hieraan invulling te geven.  

Tot slot concluderen wij dat eind 2020 de financiële positie van de provincie Utrecht voldoende weerbaar en flexibel is om toekomstige ontwikkelingen financieel het hoofd te bieden. De solide omvang van de financiële middelen biedt een robuuste basis om in het jaar 2021 en verder invulling te geven aan onze wettelijke taken en aan de door ons geformuleerde ambities. Met steeds als doel voor ogen dat we onze provincie minstens zo mooi willen houden als hij al is en liever nog veel mooier!  

Deze pagina is gebouwd op 06/01/2021 13:15:46 met de export van 06/01/2021 13:04:33